Weinig jongeren worden in Ghana cacaoboer
Cacaoboer is geen populair beroep in Ghana. Steeds meer jongeren trekken naar de stad om daar werk te zoeken. Maar waarom willen jongeren geen cacaoboer meer worden? En wat is wel ‘n goede reden om nog cacaoboer te worden? ‘t KIT (Koninklijk Instituut voor de Tropen) deed hier een uitbreid onderzoek naar in 2017. In dit blog hebben de we belangrijkste uitkomsten voor je samengevat.
Steeds minder jongeren worden cacaoboer in Ghana. Steeds meer jongeren trekken naar de stad om daar werk te zoeken. Maar waarom willen jongeren geen cacaoboer meer worden? En wat is wel ‘n goede reden om nog cacaoboer te worden? ‘t KIT (Koninklijk Instituut voor de Tropen) deed hier een uitbreid onderzoek naar in 2017. In dit blog hebben de we belangrijkste uitkomsten voor je samengevat.
Onderwijs bepaalt je motivatie
Jongeren kijken anders tegen werk aan. Da’s omdat jongeren meer toegang tot onderwijs hebben dan oudere generaties. Onderwijs zorgt d’r voor dat jongeren van nu motivaties ontwikkelen voor beroepen die vroeger onbereikbaar leken, terwijl ‘t vroeger meer vanzelfsprekend was dat je de cacao in ging. Vandaag de dag beginnen jongeren liever een handeltje in de stad bijvoorbeeld. Volgens het onderzoek van het KIT is er een groot verschil tussen cacaoboer moeten en cacaoboer willen worden. En ook vandaag de dag bestaat er nog ‘n grote groep jongeren die geen onderwijs gevolgd hebben. Voor hen is cacao de enige optie.
Cacao brengt ‘n onzeker bestaan met zich mee
Jongeren die wel ‘n keuze hebben, kiezen liever niet voor cacao. Volgens het KIT is cacao een minder populaire sector geworden vanwege verschillende redenen. Allereerst is het fysiek zwaar werk: denk aan lange dagen in de zon, vaak onbeschermd werken met pesticiden en machetes en het tillen van zware gewichten. Een andere reden is het gebrek aan eigen land. Sommige jongeren hebben ‘t geluk dat ze een stuk land erven maar vaak zijn dat de oudste kinderen binnen een gezin. Om een stuk land te kopen moet je eerst ’t geld verdienen. Dat geld is lastig te verdienen met weinig werkgelegenheid (behalve ’t werken op een cacaoplantage). Wil je als jonge cacaoboer een cacaoplantage beginnen, kun je wel ’n stuk land huren. De huur van het land betaal je bijvoorbeeld door de helft van je oogst af te staan. Maar als je niet oogst, heb je een dikke schuld. Groot risico dus. Bovendien verdien je aan cacao maar ’n half jaar aan inkomsten; dat komt omdat het cacaoseizoen van september tot maart duurt. De rest van het jaar moet je je inkomsten uit iets anders halen. Op die inkomsten moet je als cacaoboer ook effe wachten. Daarom geven veel jongeren de voorkeur aan werk waarvoor je direct betaald wordt. Als je bijvoorbeeld ’n handeltje in de stad begint, dan heb je het geld dat je die dag verdiend hebt dezelfde dag cash in je zak.
Investeringen in de cacaosector maken ‘t weer populair
D’r zijn ook jongeren die juist wel voor ‘n leven in de cacao kiezen. Opvallend is dat dit vooral jongeren boven de 26 jaar zijn. Zij zien het als een goede investering, omdat je later wat over houdt. Het leven in de stad is duur en daarom kun je nauwelijks sparen. Als cacaoboer kun je lenen bij de bank. Da’s handig als je kind bijvoorbeeld ziek wordt en je de medische kosten moet betalen. Een tweede factor die de cacaosector weer populair maakt zijn de investeringen die gemaakt worden in de sector door bijvoorbeeld grote bedrijven of instellingen. Denk aan ‘t investeren in coöperaties bijvoorbeeld en premies. Dankzij coöperaties kunnen cacaoboeren bijvoorbeeld gezamenlijk apparatuur, pesticiden en andere benodigdheden inkopen, die ze in hun eentje niet zouden kunnen veroorloven. De premies laten zien dat steeds meer chocoladebedrijven begrijpen dat de wereldcacaoprijs niet genoeg is om rond van te komen.
Dusseh, Big Choco en overheden.. investeren!
Als je ‘t ons vraagt, moeten big choco en overheid in de cacaosector investeren om te zorgen de cacaosector aantrekkelijk wordt voor jonge ambitieuze boeren in Ghana. Door langetermijnrelaties aan te gaan met cacaoboeren, maar ook door samen de kwaliteit en productiviteit te verbeteren, door coöperaties te steunen en te zorgen dat boeren sterker staan en door cacaobonen 100% traceerbaar te maken. Hee, klinkt bekend? Jep, want dat zijn onze vijf samenwerkingsprincipes. Lees ‘r hier meer over.